Kanaaldijk-Noord 1, 5613 DH, Eindhoven
+31 (0) 40-2452555

Artikel 12 Strafvordering: beklag tegen niet vervolging

De meeste strafbare feiten komen ter kennis van het openbaar ministerie doordat het slachtoffer bij de politie aangifte doet. Na de aangifte kan door de politie onderzoek worden gedaan en bewijs worden verzameld. De officier van justitie beslist daarna of de persoon tegen wie de aangifte is gedaan wordt vervolgd.

Wanneer de officier van justitie besluit om niet te vervolgen dan kan de rechtstreeks belanghebbende daarover schriftelijk zijn beklag doen bij het gerechtshof. De rechtstreeks belanghebbende is in ieder geval het slachtoffer van strafbare feit waarvan de aangifte is gedaan. Dat is bijvoorbeeld de persoon van wie iets is gestolen of die is mishandeld.

Voor strafbare feiten waarvan aangifte is gedaan in Eindhoven moet het beklag worden ingediend bij het gerechtshof in ’s-Hertogenbosch. Dat kan met een gewone brief. De inschakeling van een advocaat voor het indienen van het beklag is geen vereiste, maar wel verstandig.  De advocaat kan in het beklag de argumenten om te vervolgen aanvoeren en onderbouwen, zodat het beklag meer kans van slagen heeft.

Het gerechtshof moet beoordelen of er voldoende bewijs is, of door verder onderzoek voldoende bewijs kan worden verzameld, zodat aannemelijk is dat de strafrechter tot een veroordeling kan komen. Als het gerechtshof dat vindt dan moet ook nog beoordeeld worden of de vervolging passend is. Aan de hand van een voorbeeld kan dat worden toegelicht.

Als een zoon aangifte doet van mishandeling door zijn vader omdat hij van hem een klap gekregen heeft, dan is het mogelijk dat de mishandeling op zich bewezen kan worden, bijvoorbeeld omdat er getuigen zijn. Het gerechtshof kan desondanks vinden dat een vervolging niet passend is. In dit voorbeeld kan dat omdat het strafbare feit zich heeft afgespeeld in de beperkte kring van het gezin waarvan vader en zoon deel uitmaken.

Als onderdeel van de behandeling van het beklag zal het gerechtshof een zitting bepalen. Vaak worden er zelfs twee zittingen bepaald. Een zitting waarop de klager het beklag kan toelichten en een zitting waarop degene tegen wie het beklag is gericht wordt gehoord. Om te voorkomen dat er een confrontatie tussen slachtoffer en verdachte kan volgen worden de zittingen afzonderlijk van elkaar gehouden.

Wanneer het gerechtshof het beklag gegrond vindt dan wordt de vervolging bevolen en zal de verdachte door de officier van justitie worden gedagvaard om voor de strafrechter te verschijnen. De rechter moet dan in de strafprocedure zelfstandig beoordelen of de verdachte dient te worden veroordeeld. De rechter is niet gehouden aan het oordeel van het gerechtshof. Het komt daarom regelmatig voor dat de verdachte ondanks dat het gerechtshof de vervolging heeft bevolen, alsnog door de rechter wordt vrijgesproken.

Wilt u beklag tegen niet vervolging doen of is tegen u beklag gedaan, dan kunt u zich laten bijstaan door een van onze strafrechtadvocaten. Als u daar op grond van uw inkomen en vermogen voor in aanmerking komt dan vallen de advocaatkosten onder de Wet op de Rechtsbijstand en bent u alleen een eigen bijdrage verschuldigd.

Related Posts

Houben & van Dijck